Ze kan zich niet herinneren dat ze het ooit eerder heeft gedaan, maar gisteren heeft ze ´gesluisd´.
Niet haar zuur verdiende centen naar een bank in een belastingvrij oord, maar in de boot van haar schoonzus en zwager.
De boot is groot genoeg om met z’n vieren ruim te zitten, inclusief de twee gevulde koelboxen en kleinere koeltasjes met daarin proviand voor een middelgroot cruiseschip, kussens en plaids en dunne sjaals om de schouders te beschermen tegen teveel uv-stralen .
Het was geweldig weer voor een vaartocht: behoorlijk warm, volop zon en een lekker windje.
Vanuit Graft, via het Alkmaardermeer voeren ze de Zaan op, waar ze een spectaculair uitzicht op de Zaanse Schans hadden.
En halverwege het oude sluisje bij West-Graftdijk.
De op vrijwillige basis werkende sluiswachter had zich goed verstopt in zijn tuin, maar kwam uiteindelijk toch tevoorschijn om voor drie euro, onder veel bekijks van fietsende- en wandelende passanten, de sluisdeuren te bedienen.
Wat vond ze dat een leuke ervaring!
Achteraf hoorde ze dat de plaatselijke bevolking één maal per jaar een ponton in de sluis legt wat dan dienst doet als podium en dansvloer en dan, van de jaarlijkse sluisopbrengsten, eens flink aan de zwier gaat.
Ze gelooft dat haar zwager een extra grote donatie voor het aankomend ’sluisconcert’ heeft gegeven.
Ze hebben met z’n vieren al eerder tochtjes gemaakt en al varend halen ze elke keer weer oude herinneringen op uit de tijd dat ze, met hun toen nog jonge kinderen, met de caravan door Frankrijk toerden.
Wiebelt de boot dan denken ze aan een kiepende caravan, omdat die betreden werd terwijl de pootjes niet uitgeklapt waren.
Wordt er tussen alle tassen op de boot iets gezocht dan roept er ongetwijfeld wel iemand: “Dat ligt in het tweede klepkastje boven het bed”.
Komt camping ‘La Pommeraie’ ter sprake, dan schiet haar een prachtige zonsverduistering te binnen.
Verder weet ze nog precies op welke camping ze stonden toen Herman Brood overleed, dat bij ‘moeder Theresa’ aan de Loire de Franse kazen uit het raam werden gegooid en dat elk jaar wel iemand weer de meest vreemde ‘oog-uitsteker’ meebracht.
Er zullen nog heel wat tochtjes nodig zijn om de talloze bijzondere- en gedenkwaardige momenten uit hun collectief geheugen op te diepen.
Maar goed, deze maand is wat haar betreft een echte ‘vaar-maand’ geworden: zo voer ze begin juli met haar man en vriendinnen nog door de wateren van Giethoorn, zat ze verleden weekend in een fluisterbootje met haar kleinzoon.
Dat laatste was een twee uur durend tochtje, waarbij haar kleine man zich ontpopte als een ware kapitein.
Hoe hij de boot zo behendig met de helmstok recht door het water liet klieven, is wat haar betreft ongelofelijk.
Ooit heeft ze dat ook eens geprobeerd en natuurlijk weet ze dat als ze de stok naar links of rechts beweegt het roer contra gaat, maar al varend is dat in haar hoofd een onmogelijke opgave.
Het resulteerde toentertijd dan ook in een bijna botsing met het grootste vlaggenschip van een rederij op de Vecht bij Ommen.