Haar stoere, grappige kleinzoon is gek op raadsels.
Hij is inmiddels acht jaar en heeft net z’n derde hockeywedstrijd achter de rug, speelt gitaar, houdt van Nederlandse muziek, maar zingt ook uit volle borst het Italiaanse partizanenlied Bella ciao mee.
Hij kijkt graag naar films, bij voorkeur in een bioscoop met luxe ligstoelen en een bak met zowel zoete, als zoute popcorn op z’n schoot, vindt pasta lekker en lacht zich rot bij het horen van Jochem Meijer’s ‘Nog eentje dan’.
Wat een heerlijk kind is het toch.
`Het is blauw en niet zwaar…rara wat is dat, oma’?
‘Een blauwe ballon?’
‘Fout’.
Na zijn geboorte moest hij een paar weken naar de afdeling neonatologie waar natuurlijk strenge hygiëneregels gelden, zoals bijvoorbeeld het niet dragen van sieraden en het op vastgestelde momenten desinfecteren van de handen.
Vanaf dat moment hebben haar man en zij de trouwringen afgedaan, deze in een sieradendoosje opgeborgen en eigenlijk niet meer omgedaan, ook niet lang nadat haar kleine boef groter groeide en zich ontwikkelde tot een eigenwijze deugniet.
Het is blauw en niet zwaar…rara wat is dat, oma’?
‘Een politiepet?’
‘Fout’.
Onlangs hebben ze die ringen weer eens gepakt, geprobeerd om aan hun vingers te schuiven, wat absoluut niet meer lukte en uiteindelijk besloten om deze om te laten smelten tot één exemplaar.
Zowel de goudsmid als zij hadden lol in het maken van het ontwerp en uiteindelijk glimt een nieuw, uit hun twee trouwringen gevormd, juweel na acht jaar weer aan haar vinger.
´Het is blauw en niet zwaar…tsja, even denken hoor`.
De blauwe enveloppe op een bankje in het Mullertahl is vast niet het goede antwoord, maar ze moet daar opeens wel aan denken.
Zomaar een enveloppe met stickertjes van vrolijke vogeltjes en grappige paddenstoeltjes gericht aan alle voorbijkomende wandelaars en fietsers en daarin een lieve brief die uiteindelijk verwees naar Jesaja hoofdstuk 14, vers 7.
´Overal op de aarde heerst nu rust, er is niets wat die rust verstoort. De mensen juichen van vreugde'.
Ze is niet godsdienstig opgevoed, ze kent de context van dit stukje tekst niet goed, maar ze kan je wel verzekeren dat het in haar situatie niet helemaal opgaat.
Natuurlijk… ze juicht van vreugde.
Iedereen mag delen in haar vreugde en geluk, maar met haar rust is het binnenkort zeer zeker gedaan.
Het is blauw en niet zwaar…rara wat is dat, oma’?
´Nou, ik weet het niet hoor, ik geef op´. ´Zeg het maar´.
´Lichtblauw, oma´.
´Ohhh…wat een grappenmaker ben jij toch´.
Of moet het raadsel misschien zijn: het is roze en niet hard, met als antwoord zachtroze?
Jahh, ze wordt weer oma!
Wat een fantastisch vooruitzicht.